Soms is een kind zo bang om fouten te maken, dat het geen antwoord durft te geven, of nachtenlang wakker ligt voordat hij of zij een presentatie moet geven of een toets moet doen. Faalangst…. wat is het en wat kun je eraan doen?
Wat is faalangst
Faalangst is de angst om te falen of om te mislukken.
-
Cognitieve faalangst waarbij kinderen angst hebben bij toetsen, spreekbeurten, examens of nieuwe leerstof.
-
Motorische faalangst, kinderen zien er dan tegenop iets met hun lichaam te moeten doen en dit niet te kunnen (bijvoorbeeld angst voor het gymtoestel)
-
Sociale faalangst, kinderen zijn geremd in hun contacten, uit angst om afgewezen te worden.
Faalangst herkennen
-
lichamelijk signalen zoals: rood worden, veel zuchten, warmte, zweten, hartkloppingen, misselijkheid, spanningshoofdpijn, slaapproblemen, friemelen met de handen, wiebelen, hyperventilatie, krampachtig zitten of staan, veel plassen, zenuwtrekjes, stotteren, diarree, maagpijn
-
Faalangstige kinderen hebben veel behoefte aan complimentjes. Ze willen ook graag horen hoe ze hun werk gedaan hebben. Soms vragen ze daar ook naar. Bij nieuwe opdrachten zie je vaak onzekerheid. Ze weten niet goed hoe ze moeten beginnen en doen ook wel andere kinderen na.
-
Deze kinderen maken veel negatieve opmerkingen over zichzelf en soms over anderen. Ze zoeken het liefst grote groepen op, waarin ze zich kunnen verbergen.
Faalangstige kinderen denken vaak niet helpende gedachten zoals bijvoorbeeld: ik haal het niet, ik kan het niet, ik moet het goed doen, ik mag geen fouten maken.
Wat kun je eraan doen?
- Geef je kind complimenten gericht op het de inspanning en minder op het resultaat.
- Bied overzicht met betrekking tot de dagelijkse gebeurtenissen in het gezin, regels en taken. Kinderen hebben behoefte aan duidelijkheid.
- Neem het probleem serieus en (h)erken de faalangst. Luister naar het kind.
- Leer het kind dat het fouten mag maken. Het is belangrijk dat het kind leert beseffen dat ze van hun fouten kunnen en mogen leren en dat fouten maken niet erg is. Benoem daarbij in eerste wat instantie goed ging
- Wees een voorbeeldfunctie voor het kind. Geen zelf het goed voorbeeld, werk aan je eigen zelfvertrouwen en voel je niet schuldig.
- Neem je kind zoals het is, ook met faalangst en of mindere prestaties. Het is goed om een stimuleren, tolerantie en respectvolle houding aan te nemen.
- Neem geen werk uit handen van het kind.
- Leg de nadruk op wat goed is, waar het kind in gegroeid is en minder op fouten en mislukkingen.
- Stimuleer het zelfvertrouwen van het kind. Meer over het stimuleren van het zelfvertrouwen is te lezen in de gratis download.
Met het volgen van een training Faalangst de Baas leren kinderen om te gaan met hun faalangst. Het compleet wegnemen van faalangst is moeilijk en onmogelijk. Het leren omgaan met de faalangst zodat deze geen belemmering meer vormt in het leven en bij het uitvoeren van een taak is daarentegen wel mogelijk. Daarbij helpt de training.
De training faalangst de baas kan op ieder moment starten in een individueel traject. Kijk voor meer informatie bij de training Faalangst de Baas of neem vrijblijvend contact op.